Cl. turgidum is een grote Closterium-soort met licht gebogen cellen die vanuit het midden geleidelijk naar de polen toelopen. De belangrijkste karakteristiek is gelegen in de vorm van de celuiteinden. Aan de buikzijde van de cel net onder de apex is het uiteinde scheef afgeknot, aan de rugzijde iets uitgehold en daardoor de indruk gevend van enigszins teruggebogen te zijn. De celwand is fijn gestreept, zonder gordelbanden. In Nederland is Closterium turgidum een tamelijk zeldzame soort, vooral bekend vanuit mesotrofe trilveenslenkjes.
Foto © Alfred van Geest
Closterium turgidum. Let op de grote, zwak gebogen cel met iets teruggebogen uiteinden.
Celafmetingen (L x B): ca 770 x 60 µm
Foto © Alfred van Geest
Closterium turgidum, detail van celuiteinde. Let op de scheef afgeknotte apex.
Foto © Alfred van Geest
Closterium turgidum, detail van de middenregio. Let op de fijne streping van de celwand.