Verslag van de sieralgenexcursie naar de ‘Schwemm’ bij Walchsee (Oostenrijk),
Juni 2014

In de eerste week van juni 2014 bezocht een achttal leden van de Nederlands sieralgenwerkgroep het veengebied ‘Schwemm’ nabij het dorpje Walchsee, in Oostenrijk. De Schwemm is een natuurreservaat* van ongeveer 60 ha dat allerlei overgangen tussen eutroof moeras en oligotroof hoogveen vertegenwoordigt. Het reservaat in kwestie is naar voren gekomen als een van de allerrijkste sieralgengebieden van Oostenrijk, mogelijk zelfs van heel Europa. In totaal zijn er zo’n 340 taxa gerapporteerd, waaronder een aantal uiterst zeldzame (Lenzenweger 2000, Šťastný, J. & Lenzenweger, R. (2008).
In het bijzonder het centrale deel van het gebied dat gekenmerkt wordt door kleine, oligo-mesotrofe poeltjes met een vegetatie van, onder meer, Scorpidium scorpioides, Utricularia intermedia, Menyanthes trifoliata, Rhynchospora fusca, Trichophorum alpinum en Scheuchzeria palustris herbergt een flink aantal opmerkelijke sieralgsoorten. Ondanks het feit dat de Schwemm in de periode van ons bezoek grotendeels bleek uitgedroogd, slaagden we erin nog een hele serie interessante monsters te nemen.

Panoramafoto van de Schwemm

Enkele van de taxa die (vandaag de dag) niet in Nederland voorkomen, worden hieronder besproken.

Docidium undulatum

In Europa een zeldzame soort met een uitgesproken atlantisch-arctische verspreiding. Vroeger (als zeldzame soort) bekend vanuit Nederland, maar niet meer gevonden sinds de jaren 60 van de vorige eeuw. In het artikel van Lenzenweger (2000) als algemene soort beschreven van het oligotrofe hoogveendeel van de Schwemm, maar door onze groep werden slechts een paar exemplaren gevonden.

Docidium undulatum

Euastrum ventricosum

Een andere zeldzame soort met een overwegend atlantisch-arctische verspreiding. Vroeger bekend vanuit Nederland, maar niet meer gevonden sinds de jaren dertig van de vorige eeuw. Lijkt wel wat op de minder zeldzame soort Euastrum crassum en is daar mogelijk mee verwant. In de Schwemm tamelijk veel voorkomend.

Euastrum ventricosum

Euastrum intermedium
In geografische verspreiding vergelijkbaar met Euastrum ventricosum, maar nog zeldzamer. Vanuit Nederland onbekend. In de Schwemm slechts in enkele monsters aangetroffen.

Euastrum intermedium

Micrasterias furcata
Lijkt op Micrasterias crux-melitensis, maar de cellen zijn dieper ingesneden. Zeldzame soort, vroeger bekend uit Nederland, maar niet meer gevonden sinds de jaren dertig van de vorige eeuw. In de Schwemm alleen gevonden in het centrale deel van het reservaat.

Micrasterias furcata


Cosmarium annulatum var. elegans
Eveneens een atlantisch-arctisch taxon. Onbekend vanuit Nederland. Door Lenzenweger (2000) vermeld voor de Schwemm, maar zonder informatie over de abundantie. In onze groep slechts door één persoon gevonden, dus kennelijk in dat gebied geen algemene soort.

Cosmarium annulatum var. elegans


Cosmarium raciborskii
Zeldzame soort, voornamelijk bekend uit alpiene gebieden. Onbekend vanuit Nederland. De celwand van C. raciborskii wordt gekenmerkt door onregelmatig omlijnde wratten in het midden waarvan een pore uitmondt. In de Schwemm verspreid voorkomend.

Cosmarium raciborskii

Staurodesmus wandae
Zeer zeldzame soort, slechts uit enkele Europese landen bekend, waaronder Oostenrijk. Door Lenzenweger (2003) vanuit de Schwemm vermeld. De celradiatie kan variëren van 4 tot 10. De exemplaren die verzameld werden vanuit een klein poeltje in het centrale deel waren allemaal vierstralig.

Staurodesmus wandae

Staurastrum monticulosum
Een arctisch-alpiene soort die, in zijn typische vorm, vanuit Nederland niet bekend is. Op een enkele plek in de Schwemm gevonden.

Staurastrum monticulosum

Staurastrum sexangulare
Deze grote, doorgaans 6-radiate Staurastrum-soort, bijzonder vanwege zijn gesplitste armen, is voornamelijk bekend vanuit atlantisch-arctische gebieden. Vanuit Nederland onbekend. In Oostenrijk slechts bekend vanuit de Schwemm, waar hij kan worden gevonden in het meest centrale gedeelte.

Staurastrum sexangulare (front-aanzicht)

 

 

 

 

 

Staurastrum sexangulare (top view)Foto © Alfred van Geest

Staurastrum sexangulare (top-aanzicht)


Staurastrum traunsteineri
Deze karakteristieke soort, uitsluitend bekend vanuit alpiene gebieden in centraal Europa, werd in een aantal poeltjes in de Schwemm gevonden.

 

Staurastrum traunsteineri

 

Desmidium aptogonum var. ovale
Voor zover bekend werd dit biradiate Desmidium-taxon, beschreven door Taylor 1935 uit Newfoundland, niet eerder voor Europa vermeld (maar zeer waarschijnlijk is het identiek aan D. aptogonum var. ehrenbergii forma borgei zoals door Messikommer 1927 beschreven uit Zwitserland). Door zijn zeer ondiepe celsinus kan het verward worden met het eveneens biradiate taxon Desmidium baileyi var. ovale. In de Schwemm werd deze varieteit gevonden in enkele poeltjes in het centrale deel.

Desmidium aptogonum var. ovale (filament in front-aanzicht)

Desmidium aptogonum var. ovale (filament in zij-aanzicht)

Desmidium coarctatum var. cambricum
Dit fraaie Desmidium-taxon, evenals het bovenstaande biradiaat, is zeer zeldzaam in Europa. Hij lijkt wel wat op de veel algemenere soort Desmidium grevillei, maar heeft een relatief smalle celtop (contactoppervlak met de aangrenzende cel) waardoor het filament een minder compacte indruk maakt.

Desmidium coarctatum var. cambricum

Desmidium pseudostreptonema
Van deze soort werd in de Schwemm een enigszins afwijkende vorm aangetroffen, gekenmerkt door sterk gereduceerde apicale uitsteeksels, waardoor hij nauwelijks als een vertegenwoordiger van het genus Desmidium wordt herkend, maar eerder met een Spondylosium, met name Spondylosium pulchrum zal worden geassocieerd. Ongetwijfeld heeft de vermelding voor de Schwemm van Spondylosium lundellii in Lenzenweger (2000) betrekking op deze gereduceerde vorm van Desmidium pseudostreptonema. Het taxon in kwestie kwam in de door onze groep verzamelde monsters vrij algemeen voor.

Desmidium pseudostreptonema (filament in front-aanzicht)

Desmidium pseudostreptonema (losse cel)

Desmidium pseudostreptonema (filament in zij-aanzicht)


 

 

 

 

Samenvatting
Samenvattend kan worden gesteld dat de uiterst rijke en bijzondere sieralgenflora van de Schwemm zoals beschreven in Lenzenweger (2000) en Šťastný & Lenzenweger (2008) nog steeds intact is. Weliswaar hebben wij enkele extreem zeldzame, door Lenzenweger (2000) gemelde soorten gemist, zoals Euastrum bilobum en Euastrum attenuatum, maar benadrukt moet worden dat wij slechts een beperkt aantal monsters hebben onderzocht. Zelfs in deze kleine collectie troffen wij meer dan 300 taxa aan. Een aantal hiervan, bijvoorbeeld Spirotaenia diplohelica, Actinotaenium gelidum, Closterium pygmaeum, Eu. pseudoboldtii, Eu. verrucosum, Cosmarium holmiense var. integrum, C. luxuriosum, C. norimbergense, Xanthidium tenuissimum, Staurodesmus aristiferus, Std. validus var. subincus, Staurastrum diacanthum, St. myrdalense en Desmidium aptogonum var. ovale, kan worden toegevoegd aan de totaallijst van uit de Schwemm bekende taxa.
Vermeldenswaard is het relatief hoge aantal soorten met een atlantisch-arctische verspreiding. Lenzenweger (2000) vindt hierin aanleiding om aan mogelijke ijstijdrelicten te denken.

Amsterdam, juli 2014,
Peter F.M. Coesel

 

Literatuurreferenties
Lenzenweger, R. (2000): Vorläufiges Ergebnis der Untersuchungen zur Zieralgenflora der Schwemm bei Walchsee in Nordtirol. — Ber. nat.-med. Verein Innsbruck 87: 41-66.
Lenzenweger, R. (2003): Desmidiaceenflora von Österreich. Teil 4. — Bibliotheca Phycologica 111.
Šťastný, J. & Lenzenweger, R. (2008): Ein Nachtrag zur Zieralgenflora (Desmidiales, Zygnematophyceae) der Wschwemm bei Walchsee in Nordtirol (Österreich). — Phyton (Horn, Austria) 48: 37-49.

 

* Voor aanvraag vergunning tot toegang tot de Schwemm: Schwemm at tiroler-schutzgebiete.at

+